Basisbediening
Het systeem inschakelen
- Druk op de knop start motor. Als het systeem wordt ingeschakeld, zal het opstartproces beginnen en wordt de pagina met veiligheidswaarschuwingen weergegeven.
|
- Druk op [Taal/Language] om de taal van het systeem te wijzigen. Voor meer informatie, raadpleeg de "Taal/Language".
- Druk op [Bestuurder 1], [Bestuurder 2] of [Gast] om het profiel van het systeem te veranderen. Voor details, raadpleeg "Instellingen gebruikersprofiel".
- Druk op [Bevestigen].
,Opmerking |
|
Het systeem uitschakelen
Houd [:/VOL] op de bedieningsknop van de voorzetel ingedrukt.
Om het systeem opnieuw in te schakelen, druk op [:/VOL] op de bedieningsknop van de voorzetel.
,Opmerking |
Controleer het volume wanneer u het systeem inschakelt. Stel het volume in op een redelijk niveau voordat u het systeem inschakelt. |
AV uitschakelen
Druk op de knop [:/VOL] op de bedieningsknop van de voorzetel wanneer de AV is ingeschakeld.
AV inschakelen
Druk op de knop [:/VOL] op de bedieningsknop van de voorzetel wanneer de AV is uitgeschakeld.
Volumeregeling
Volumeregeling radio/media
Wanneer radio/media wordt afgespeeld, draait u de draaiknop [:/VOL] op de bedieningsknop van de voorzetel omhoog/omlaag om het volume aan te passen.
Volumeregeling Bluetooth-audio
Wanneer Bluetooth-audio wordt afgespeeld, draait u de draaiknop [:/VOL] op de bedieningsknop van de voorzetel omhoog/omlaag om het volume aan te passen.
Volumeregeling spraakherkenning begeleiding
Wanneer de spraakgeleiding wordt afgespeeld, draait u de draaiknop [:/VOL] op de bedieningsknop van de voorzetel omhoog/omlaag om het volume aan te passen.
Volumeregeling Bluetooth-telefoon
Tijdens een Bluetooth-telefoonoproep, draait u de draaiknop [:/VOL] op de bedieningsknop van de voorzetel omhoog/omlaag om het volume aan te passen.
,Opmerking |
|
Systeemreset
Deze functie wordt gebruikt om het systeem te resetten bij een onvoorziene fout of probleem.
- Druk na het uitschakelen van het voertuig een keer op de startknop zonder het rempedaal in te drukken.
- Houd de knop [MAP] en de knop [SETUP] op het hoofdapparaat gedurende 5 seconden ingedrukt om het systeem te resetten.
|
Gebruik van de bediening en het touchpad
Draai de bediening naar links/rechts of gebruik het touchpad om van menu te wisselen of een menu te selecteren.
Bediening |
Details |
|
Draai de bedieningsknop in wijzerzin/tegenwijzerzin om de lijst in het menu te verplaatsen. Gebruik inzoomen/uitzoomen op het kaartscherm. |
|
Veeg omhoog/omlaag/links/rechts op het touchpad om van menu te wisselen. |
|
Druk op het touchpad om het menu te selecteren. Voer een teken in via handgeschreven invoer op een specifiek scherm. |
|
Duw de bediening omhoog/omlaag/links/rechts/diagonaal om het menu en de kaartlocatie te verplaatsen. Houd de bediening ingedrukt om naar de locatie op de kaart te scrollen. |
Hoe het touchscreen te gebruiken
Selecteer het menu met uw vinger op het scherm vooraan.
|
,Opmerking |
Als u het scherm bedient terwijl u rijdt, kunt u afgeleid raken en een verkeersongeval veroorzaken. Voor uw veiligheid, gebruik het slechts nadat u gestopt bent. |
Basisbediening van het START-scherm
De afbeeldingen die op dit systeem worden weergegeven, kunnen afwijken van de werkelijke afbeeldingen.
- Druk op [HOME] op de bedieningsknop van de voorzetel of druk op [
]. Het startscherm opent.
|
|
|
- Selecteer het gewenste menu op het startscherm.
- Volgende bedieningen zijn beschikbaar voor het geselecteerde menu.
START-scherm bewerken
Houd het menupictogram op het startscherm ingedrukt om de locatie te wijzigen.
- Houd het menupictogram op het startscherm ingedrukt.
|
- Sleep, na het indrukken en vasthouden, het pictogram naar links of rechts om de positie te wijzigen.
|
- Druk op [
].